Politiek, stop met onrust stoken! Regeer en formeer met oog op de toekomst en blijvers

Vanmorgen is het Algemeen Dagblad gekomen met berichtgeving over een gelekt juridisch advies aan het kabinet over stikstof. Vorige week maandag was het ook al raak met berichtgeving over de inhoud van een gelekt PBL-rapport waarin de nadruk lag op onteigening. NAJK is de telkens terugkerende discussie zat waarin heel gemakkelijk over onteigening wordt gesproken. ‘Investeer in de blijvers’ is het motto van NAJK. Zoals vorige week al gesteld, zorgt het massaal onteigenen of intrekken van vergunningen, voor een domino-effect dat niet te overzien is. Daar staat NAJK nog steeds vierkant achter. Politiek Den Haag: regeer en formeer met oog op de toekomst en blijvers!

Volgens het bericht in het Algemeen Dagblad zou het kabinet een juridisch advies hebben gevraagd aan de landsadvocaat. In dit advies werd gekeken naar de mogelijkheden voor de overheid om maatregelen te treffen rondom de stikstofdepositie. Het doel? Het terugdringen van de stikstofuitstoot, de planten in Natura-2000 gebieden beschermen en bouwprojecten weer vlottrekken. Het advies zou onder andere inhouden dat het intrekken van Natuurbeschermingswetvergunningen effectiever zou zijn, dan onteigenen. NAJK is hierop tegen! Verleid stoppende boeren in plaats van ze te verplichten.

NAJK baalt er ontzettend van dat, net als vorige week, het kabinet opnieuw de focus legt op de bedrijven die stoppen, maar geen oog heeft voor de boeren die door willen gaan. “Zoals ik vorige week al zei: ‘het gaat om de boeren die blijven, die dragen de land- en tuinbouw in de toekomst. Jonge boeren willen door, jonge boeren hebben toekomstperspectief nodig. Degene die door willen, zorgen voor de gezonde en duurzame voedselproductie die we allemaal willen. Overheid en politiek heeft de blijvers uit het oog verloren. In de berichtgeving naar buiten toe gaat het alleen nog maar over de stoppers en het onteigenen van boeren.’ Mijn boodschap is schijnbaar niet aangekomen, zo lijkt het. Ik zal hierover een sterk signaal afgeven aan de minister”, aldus NAJK-voorzitter Roy Meijer. Alle pijlen zijn opnieuw weer op de landbouw gericht, terwijl andere sectoren ook stikstof kunnen reduceren. Dit geeft het gevoel dat de landbouw het probleem moet oplossen. Er zijn nog vele andere manieren om stikstof te reduceren, dan onteigenen of intrekken. Daar wordt in de plannen onterecht aan voorbij gegaan.

Waar NAJK vooral pislink over is, zijn alle stikstofballontjes die bewust gelekt worden door de politiek om onrust te veroorzaken en niet te komen tot een oplossing. “De politiek moet stoppen met dit gedonder! Vorige week het PBL-rapport en nu weer een stikstofadvies van de landsadvocaat. Politiek doe je werk. Regeer en formeer en ga eens in gesprek met de sector. Daar liggen genoeg plannen op tafel om stikstofreductie te realiseren, zoals het CTM die gericht is op de blijvers”, aldus Meijer. NAJK voert over het CTM-plan gesprekken met het ministerie van LNV, maar is niet betrokken bij de plannen over onteigenen of het intrekken van vergunningen en denkt er ook niet in mee.

NAJK geschrokken van voorstellen in 7e actieprogramma

Maandag 6 september is de internetconsultatie gestart over het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn. NAJK is geschrokken van de voorstellen die hierin genoemd staan. Als agrarische jongerenorganisatie erkennen we het belang van een goede waterkwaliteit en kennen we de afspraken hierover in Europees verband. In dit Actieprogramma worden echter voorstellen gedaan die ver ingrijpen op bedrijfsvoering en verdienvermogen.

De Nitraatrichtlijn verplicht lidstaten van de Europese Unie om iedere vier jaar een plan te maken met maatregelen om het juiste grond- en oppervlaktewater te krijgen. De nitraatconcentratie in het bovenste grondwater moet minder dan 50 mg/L zijn en eutrofiëring, het teveel aan voedingsstoffen in het oppervlaktewater, moet worden tegengegaan. Het 7e Actieprogramma loopt van 2022-2025.

Vergaande maatregelen
Het verbeteren van de grondwaterkwaliteit kan op verschillende manieren en wat werkt, verschilt per regio. Het afkondigen van generieke maatregelen, zoals de verplichting van minimaal 60% grasland voor alle bedrijven met graasdieren en de verplichting dat vanaf 2023 ten minste één keer per 4 jaar en vanaf 2027 één keer per 3 jaar een rustgewas wordt geteeld, zorgen voor onwerkbare situaties. Situaties die niet bijdragen aan een betere waterkwaliteit en de gewenste kringlooplandbouw. NAJK is zich ervan bewust dat er over de waterkwaliteit afspraken zijn gemaakt in Europees verband en dat in het kader daarvan een Actieprogramma moet worden opgesteld. “De kwaliteit van het grondwater is van belang, maar emissies natuurlijk niet. Een goede waterkwaliteit kan tegelijkertijd samen gaan met een goede landbouwpraktijk, maar deze voorstellen staan dat in de weg”, aldus NAJK-bestuurder Leendert Jan Onnes. Dagelijks bestuurder Marije Klever vult aan: “In het Actieprogramma missen we ook de richting die NAJK heeft beschreven in haar visie op het mestbeleid, waarin we samen met LTO pleitten voor gewasderogatie.”

Derogatie
Ook is de goedkeuring van het Actieprogramma een voorwaarde voor het aanvragen van een derogatie. Het is niet zo dat wanneer de derogatie niet door zou gaan, dat het Actieprogramma overbodig is.

Proces
Het Actieprogramma moet aan het einde van dit jaar, na het doorlopen van een aantal stappen, definitief zijn vastgesteld. Eén van deze stappen is het verzamelen van de reacties op de internetconsultatie. Komende tijd gaat NAJK zich met haar achterban bezinnen op een juiste terugkoppeling op het Actieprogramma. NAJK zal hierbij ook optrekken met de BO Akkerbouw, LTO, NZO en Rabobank om de boodschap extra kracht bij te zetten. Daarnaast gaat NAJK met het ministerie van LNV in gesprek over haar visie op het Actieprogramma.

Lees het hele voorstel van het actieprogramma hier.

NAJK is focus op stoppers en onteigenen zat, investeer in de toekomst!

Vanmorgen zijn in diverse media berichten verschenen over plannen voor onteigening van boeren. De plannen zorgen voor veel onrust binnen de landbouwsector. NAJK is de telkens terugkerende discussie zat waarin heel gemakkelijk over onteigening wordt gesproken. ‘Investeer in de blijvers’ is het motto van NAJK. Het massaal onteigenen, zorgt voor een domino-effect dat niet te overzien is.

Volgens de krantenberichten zouden er vergevorderde plannen van ministeries zijn over het uitkopen van honderden boeren en indien nodig het onteigenen ervan. Dit met als doel om de stikstofuitstoot terug te dringen en bouwprojecten weer vlot te trekken. NAJK baalt er ontzettend van dat het kabinet druk is met boeren waarvan zij willen dat die stoppen, maar geen focus heeft op boeren die door willen gaan. “Het gaat om de boeren die blijven, die dragen de land- en tuinbouw in de toekomst. Jonge boeren willen door, jonge boeren hebben toekomstperspectief nodig. Degene die door willen, zorgen voor de gezonde en duurzame voedselproductie die we allemaal willen. Overheid en politiek heeft de blijvers uit het oog verloren. Het gaat alleen nog maar over de stoppers”, aldus NAJK-voorzitter Roy Meijer. Alle pijlen zijn weer op de landbouw gericht, terwijl andere sectoren ook stikstof kunnen reduceren. Dit geeft het gevoel dat de landbouw het probleem moet oplossen. Er zijn nog vele andere manieren om stikstof te reduceren. Daar wordt in de plannen onterecht aan voorbij gegaan.

Samen met andere partijen heeft NAJK het CTM-plan aan de overheid gepresenteerd. Hierin wordt gericht op de blijvers en kan er gekozen worden tussen verschillende maatregelen om het zo goed mogelijk aan te laten sluiten bij de bedrijfsvoering. NAJK voert hierover gesprekken met het ministerie van LNV, maar is niet betrokken bij de plannen over onteigenen en denkt er ook niet in mee.

NK Veebeoordelen 2021 gaat door op een andere locatie

Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) en de afdeling Stamboek van coöperatie CRV hebben goed nieuws: het NK Veebeoordelen gaat nog steeds door! Maar wel op een aangepaste locatie in het Zuid-Hollandse Giessenburg. Op zaterdag 2 oktober beoordelen 50 deelnemers uit heel Nederland koeien op hun uiterlijke kenmerken: frame, type, uier, beenwerk en algemeen voorkomen. Degene die dit volgens de jury het beste kan, mag zich Nationaal Kampioen Veebeoordelen 2021 noemen. Wie gaat er dit jaar met de felbegeerde titel vandoor?

Aangezien de Fokveedag Boerenlandfeest Hoornaar helaas ook dit jaar is afgelast, waren wij genoodzaakt het NK Veebeoordelen te verplaatsen naar een andere locatie. Dit jaar zal het NK plaatsvinden op de Heihoeve in het Zuid-Hollandse Giessenburg.

Strijd om de felbegeerde titel
In de maanden voorafgaand aan het NK Veebeoordelen zullen 50 koeienkenners vanuit verschillende provincies zich via regionale en provinciale voorrondes plaatsen voor het NK. Ook mag Dennis Nijhof, de winnaar van 2019, zijn titel verdedigen. De geselecteerde deelnemers zullen we na de provinciale rondes hier publiceren.

Programma

Tijd  
9.00 – 9.45 uur Aankomst en inschrijven deelnemers.
9.50 uur Deelnemers verzamelen zich rond de ring.
10.00 uur Opening NK Veebeoordelen 2021 met toelichting over de wedstrijd.
10.15 uur Eerste deel schriftelijke voorronde (25 minuten) in twee ringen.
10.45 uur Deelnemers wisselen van ring voor het tweede deel van de schriftelijke voorronde.
10.55 uur Tweede deel schriftelijke voorronde (25 minuten) in twee ringen.
11.25 – 12.00 uur Toelichting door de jury op de beoordeling en plaatsing van de koeien van de beide schriftelijke voorronden.
12.00 – 12.45 uur Pauze en lunch voor deelnemers en vrijwilligers.
12.50 uur Deelnemers verzamelen zich rond de ring voor de uitslag van de twee schriftelijke voorronden. Wie van de deelnemers mag er deelnemen aan het middagprogramma?
13.10 – 13:30 uur Middagronde; de deelnemers plaatsen de dieren op volgorde.
13.30 – 15.00 uur Deelnemers lichten individueel hun plaatsing mondeling toe.
15.00 uur Toelichting door de jury op de middagronde.
15:15 uur Prijsuitreiking; wie wordt de nieuwe kampioen NK Veebeoordelen 2021.

 

Sterke basis voor project ‘Waardecreatie in Ketens’ is gelegd

In het project ‘Waardecreatie in Ketens’ wordt door supermarkten, verwerkers, boeren en tuinders gewerkt aan toekomstgerichte ketens. Afgelopen maanden hebben in dat licht de eerste gesprekken plaatsgevonden met verschillende ketenpartners. Tevens zijn de initiatiefnemers (LTO Nederland, NAJK en Rabobank) gekomen tot een duidelijk doel van het project, welke dient als basis voor de verdere uitwerking.

“Ruim drie maanden geleden zijn we dit project gestart. Daarin zijn grote ambities uitgesproken. Een project van deze omvang, waarbij alle ketenpartijen betrokken zijn, is eigenlijk nog nooit eerder vertoond. Dat zorgt voor complexiteit, waardoor het soms vallen en opstaan is”, aldus Sjaak van der Tak, voorzitter LTO Nederland. Begin juni van dit jaar vonden de eerste gesprekken met supermarkten plaats. “De schappen van de twee grootste Nederlandse supermarkten staan inmiddels meer open voor de gezonde en verse producten van Nederlandse boeren en tuinders. Dat zorgt voor een sterkere positie in de binnenlandse markt. In vervolggesprekken met supermarkten zullen we dit verder uitbouwen en werken aan gezamenlijke waardecreatie voor de lange termijn.”

Het doel van Waardecreatie in Ketens is om supermarkten, verwerkers, boeren en tuinders samen te laten werken aan het uitbouwen van ketens, waarin de boer een zakelijke partner is met wie voor de lange termijn een onderscheidend product ontwikkeld wordt – waarvoor de consument bereid is een meerprijs te betalen. De boer is in die benadering dus geen uitwisselbare leverancier van een grondstof. Tegelijkertijd wordt er gewerkt aan het opzetten van een business school, waarin de kennis van alle ketenpartijen samen komt. Deelnemers aan de business school wordt geleerd keten-denken in de dagelijkse praktijk toe te passen.

Vervolgstappen
De komende tijd wordt benut om zoveel mogelijk partijen uit de keten bij het project aan te laten haken. Zo werd afgelopen woensdag een stakeholderbijeenkomst georganiseerd voor betrokken partijen, die het initiatief toejuichen en willen ondersteunen. De projectorganisatie zet gesprekken voort, waaronder met drie grote supermarktketens.

Tot het einde van dit jaar is het project in de opstartfase. Daarin worden kansen en eventuele risico’s gedefinieerd. Daarnaast gaan verwerkers, supermarkten, boeren en tuinders samenwerken in enkele geregisseerde projecten, die zullen dienen als inspiratie voor succesvolle samenwerking. Daarbij ligt de nadruk op het versterken van het onderlinge vertrouwen én het realiseren van waarde voor alle partijen in de keten.

Webinar over inspecties veiligheid rund- en melkveebedrijven op 29 juni

Eind april verspreidde we het BoerVeilig-Alert, een nieuwsbericht over de aangekondigde inspecties voor de rund- en melkveesector. Heb jij je ondertussen al voorbereid? Dinsdag 29 juni om 10.30 uur organiseren wij vanuit BoerVeilig, samen met Stigas, Inspectie SZW en de Werkgeverslijn land- en tuinbouw een webinar over de inspecties die op dit moment plaatsvinden in deze sectoren.

Tijdens het webinar gaat Diana Eleveld (adviseur Werkgeverslijn land- en tuinbouw) in gesprek met Marloes van Schaik (projectleider BoerVeilig), Jane Tijssen (projectleider Inspectie SZW) en Mirjam de Groot (veiligheidsdeskundige Stigas). In maximaal 60 minuten tijd komen in ieder geval aan de orde:

  • Waarom vinden er inspecties plaats in de rund- en melkveesector?
  • Wat gebeurt er tijdens een inspectie?
  • Hoe kan ik me als ondernemer voorbereiden op een inspectie?

Aanmelden voor het webinar

Het webinar live volgen heeft als voordeel dat je tijdens het webinar vragen kunt stellen die in veel gevallen direct beantwoord kunnen worden. Na afloop van het webinar ontvang je automatisch de link waarmee je het webinar kunt terugkijken. Ook als je niet in de gelegenheid bent om het webinar live te volgen kun je je aanmelden. Zo kun je het webinar op een later tijdstip nog eens bekijken.

Meld je hier aan voor het webinar!

Ketenpartijen op de bres voor toekomstbestendige melkveehouderij

Een coalitie van partijen in de melkveehouderij heeft een voorstel opgesteld voor een vitale melkveehouderij in Nederland. LTO Nederland, het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK), de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) en de Rabobank hebben de afgelopen maanden de Coalitie Toekomstbestendige Melkveehouderij (CTM) gevormd.

Zij presenteert een doorgerekend pakket aan maatregelen gericht op de toekomst van de melkveehouderij in Nederland. De reductie van stikstof op verschillende typen melkveebedrijven staat daarin centraal, maar de ketenpartijen hebben bij de samenstelling van het pakket ook rekening gehouden met neveneffecten voor milieu, energie en klimaat. De partijen stellen investeringen voor in stallen, grond en management.

Inhoud van het voorstel
Het voorstel heeft drie kenmerken:

  1. de coalitie richt zich op de ‘blijvers’. De coalitie wil de toekomst voor een vitale melkveehouderij in Nederland veilig stellen. Met dit voorstel biedt zij perspectief aan melkveehouders die hun bedrijf willen voortzetten;
  2. het is gebaseerd op een combinatie van managementmaatregelen, structuurversterking en aanpassing van stalsystemen op basis van bestaande technieken.
  3. het vereist additioneel een eenmalige noodzakelijke minimale investering van de overheid van 1,3 miljard euro in totaal tot 2030. Dit bedrag is tenminste noodzakelijk voor de niet-productieve reductiemaatregelen van ammoniak in de melkveehouderij blijkt uit de doorrekening door WUR (stal, wateropslag en extra grond). Het bedrag komt boven op de reguliere investeringen die nodig zijn voor een toekomstbestendige melkveehouderij. Dit betekent dat melkveehouders dit niet zelf kunnen dragen. Hiervoor doen wij een beroep op de overheid.

De maatregelen voorzien onder meer in managementmaatregelen zoals efficiënter voeren, met water bemesten en meer weidegang. De coalitie stelt voor om bestaande stallen versneld emissiearm te maken en nieuwe stalsystemen toe te passen die met vooruitstrevende technieken stikstofemissie reduceren. Ook vragen partijen investeringen in meer grond voor de melkveehouderij, bij voorbeeld door het instellen van een grondfonds en door in bepaalde gebieden grond te herverkavelen. Daardoor kan de melkveehouderij extensiever worden wat leidt tot minder uitstoot per hectare en wordt de structuur van de sector versterkt.

Doorrekening WUR
Wageningen University & Research (WUR) heeft de maatregelen doorgerekend, rekening houdend met de verwachte autonome ontwikkeling van de sector. WUR typeert het niveau van de maatregelen en de aansluiting bij de praktijk als realistisch en de implementatiegraad als ambitieus. WUR raamt de te verwachten reductie aan ammoniakuitstoot door de melkveehouderij in 2030 op 28% ten opzichte van 2018 en de extra (eenmalige) investeringen voor ammoniakmaatregelen in stallen, wateropslag en grond op 1,3 miljard euro.

Inhoudelijke toelichting
Het gaat volgens Wil Meulenbroeks, voorzitter van de LTO-vakgroep Melkveehouderij om een degelijk, sterk onderbouwd voorstel dat melkveehouders perspectief biedt. “Onze leden hebben behoefte aan concrete mogelijkheden die toekomst bieden. Dat blijkt steeds weer, in gesprekken met onze leden en bestuurders, en laatst ook in de enquête die door ruim 1.300 melkveehouders werd ingevuld. Dit pakket bevat doorgerekende maatregelen die nu al beschikbaar zijn. Ze stellen de blijvers in onze sector in staat een bijdrage te leveren aan het vlot trekken van het stikstofdossier. Daarover gaan we nu verder in gesprek met onze leden.”

Het pakket biedt volgens Marije Klever (NAJK-bestuurslid Melkveehouderij) ook jonge melkveehouders de gelegenheid hun bedrijf te ontwikkelen. Daarbij is wel van belang dat die ruimte er ook komt voor de bedrijven die vóór de Raad van State-uitspraak op basis van de Programmatische Aanpak Stikstof mochten rekenen op een vergunning (de zogenoemde PAS-melders en interimmers). “Reductie van stikstof kan pas plaats vinden als je bedrijf legaal is”, aldus Klever.

De maatregelen zijn door WUR doorgerekend op bedrijfsniveau. De doorrekening laat zien wat de maatregelen betekenen voor verschillende bedrijfstypen. Elke melkveehouder kan de reductiemaatregelen nemen die passen bij zijn of haar bedrijfsvoering. “De ketenpartijen zullen melkveehouders daarbij zo veel als mogelijk ondersteunen. Maar zuivelondernemingen zullen in geen geval dwingende of verplichtende maatregelen nemen om de uitstoot van stikstof op melkveebedrijven terug te brengen”, zegt Oscar Meuffels, directeur van de NZO.

“Dit initiatief stelt ondernemers in staat om hun bedrijf toekomstbestendig te maken op de manier die hen het beste past”, stelt Marijn Dekkers, sectormanager Melkveehouderij bij Rabobank. “Als strategisch partner van vele melkveehouders vindt Rabobank het belangrijk om bij te dragen aan nieuw perspectief voor de sector. Met dit voorstel brengen we samen met onze partners in beeld wat nu al mogelijk is. Daarmee geeft het een impuls aan een vitale en toekomstbestendige sector.”

Bestuurlijke reacties
De voorzitter van LTO Nederland, Sjaak van der Tak, reageert bijzonder positief op de voorstellen uit de melkveehouderijsector. “De melkveehouderijsector neemt verantwoordelijkheid met deze integrale aanpak.” Het voorstel past volgens hem in ‘Duurzaam Evenwicht’, het voorstel dat LTO Nederland onlangs met andere partijen deed om de stikstofuitstoot versneld te reduceren. “Met ‘Duurzaam Evenwicht’ helpen we ook nog piekbelasters uit alle economische sectoren, door naast brede innovatie ook vrijwillige verplaatsing en vrijwillige opkoop voor te stellen. Dat is geen onderdeel van deze doorrekeningen, maar zie ik mogelijkheden om het – en samenspraak met onze leden – in te passen.”

“Als NAJK staan we voor de toekomst van de jonge boer, met dit plan bouwen we daar aan. Daarom staan we als NAJK hier achter”, stelt Roy Meijer, NAJK-voorzitter.

Hein Schumacher, voorzitter van de NZO: “Onze leden zijn gebaat bij vitale melkveebedrijven. Want hun toekomst is ook onze toekomst. Uitvoering van dit voorstel is daarom van belang voor zowel ons als voor de hele keten.”

In de visie van de Rabobank is de land- en tuinbouw onmisbaar is voor de kwaliteit van leven in Nederland. “Hiervoor hebben we een veerkrachtige melkveehouderij nodig. Een sector waar (jonge) melkveehouders toekomst hebben en die tegemoet kan komen aan maatschappelijke wensen”, reageert Carin van Huët, directeur Food en Agri Nederland bij Rabobank.

Webinar
Op maandagavond 14 juni organiseert NAJK een webinar over het CTM-plan voor haar leden. Dagelijks bestuurder Marije Klever zal dit webinar begeleiden en de vragen die bij jullie spelen beantwoorden. Houd onze website en Facebookpagina in de gaten voor de inloglink.

Bijlages:
Notitie ‘Naar een vitale, emissiearme melkveehouderij met toekomst’
Samenvatting
Infographic
Doorrekening WEcR

 


                                    

Jongerenraad Interpolis – Geef criminelen geen gelegenheid

Halverwege april kwam de jongerenraad van NAJK en Interpolis bijeen om samen te praten over het thema diefstal. Helaas nog steeds geen onbesproken onderwerp op de boerderij. GPS-systemen, quads, of de inhoud van een volledige dieseltank, niets lijkt te gek voor deze oplichters die het veelal op de agrarische sector hebben gemunt.

Ieder vanuit zijn eigen thuissituatie in de keuken of op kantoor achter de pc. Voor de diepgang en het plezier was dat geen probleem bij de tweede online bijeenkomst van de jongerenraad. Ging het de vorige keer nog over duurzaamheid en zonnepanelen. Dit keer wilden de jonge boeren en tuinders wel eens praten over diefstal.  Bijna alle deelnemers hadden wel een voorbeeld. Met elkaar werd besproken hoe de kans op diefstal van materialen of data verkleind kon worden en werden tips uitgewisseld. Diefstal is, zo bespraken ze, vooral een ergernis waarvan de kans om getroffen te worden, met de juiste maatregelen, flink kan worden verkleind, maar niet helemaal voorkomen. Geef criminelen geen gelegenheid.

Meer weten?
Bekijk de tips op de website van Interpolis om de kans op diefstal te verkleinen.

NAJK heeft grote zorgen over openbaarmaking PAS-melders

Afgelopen woensdag, 27 januari, heeft de Raad van State (RvS) geoordeeld dat het ministerie van LNV de locatiegegevens van tien PAS-melders bekend moet maken. NAJK maakt zich grote zorgen over de gevolgen van deze bekendmaking waarbij privacygevoelige informatie op straat komt te liggen. Bedrijven die altijd te goeder trouw hebben gehandeld, maar nu in een illegale situatie zijn terecht gekomen, worden benadeeld.

De specifieke reden dat de RvS op deze wijze heeft geoordeeld, is dat het hier gaat om emissiegegevens die samenhangen met de locatie. Dit is volgens de rechter belangrijk, omdat de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) in vergelijking met andere soorten informatie minder mogelijkheden biedt om het verstrekken van milieu-informatie te weigeren, in het bijzonder bij emissiegegevens. Het ministerie van LNV heeft echter altijd betuigd dat het hier gaat om privacygevoelige informatie en dat juist daarom deze gegevens niet daar buiten gebracht zouden moeten worden. Een PAS-melding heeft namelijk vrijwel altijd betrekking op een boerenbedrijf waar de ondernemer met zijn familie woont en werkt. ‘Bedrijfsgegevens’ hebben daarom een sterk persoonlijk karakter. De rechter heeft echter anders geoordeeld.

Minister Schouten heeft meerdere malen in de Tweede Kamer genoemd dat zij PAS-melders gaat legaliseren. Ook in de nieuwe stikstofwet waarover de Eerste Kamer nog moet stemmen staat dit. NAJK blijft benadrukken dat boeren met een PAS-melding volgens de wet hebben gehandeld en dat zij niet de dupe mogen worden van het falende systeem. De angst is dat de gegeven van de PAS-melders gebruikt zullen worden voor het opstarten van procedures. ‘Het kan niet zo zijn dat de continuïteit van bedrijven die niks fout hebben gedaan in het geding komt, legaliseren is de enige optie’! Het legaliseren heeft door de uitspraak van RvS nog meer prioriteit gekregen”, aldus NAJK-voorzitter Roy Meijer.

Lees de hele uitspraak van de Raad van State hier.

LTO Nederland en NAJK: aanscherping POP3+ en COVID19 Herstelfonds nodig

Eind december 2020 heeft de EU overeenstemming bereikt over het Meerjaren Financieel Kader 2021-2027 en besloten tot de instelling van het COVID19 Herstelfonds. Aan Nederland is 52,2 miljoen euro toegekend voor de jaren 2021 en 2022. Dat bedrag wordt toegevoegd aan het budget voor het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) in de transitieperiode van het Plattelandsontwikkelingsprogramma Nederland (POP3+). Binnenkort worden door betrokken overheden besluiten genomen over het POP3+. De besluitvorming raakt boeren en tuinders in hun inkomenspositie en mogelijkheden om te investeren in hun bedrijf. LTO Nederland en NAJK hebben in een brief aan minister Schouten aangedrongen om POP3+ en het COVID19 Herstelfonds aan te scherpen.

LTO Nederland en NAJK dringen er op aan POP3+ en het COVID19 Herstelfonds aan te scherpen op vier hoofdprioriteiten:

  1. Directe ondersteuning van inkomens door beperking overheveling
    Covid19 crisis treft ook in de land- en tuinbouw veel bedrijven. De inkomens van agrarisch ondernemers zijn gedaald en vooruitzichten voor dit jaar zijn in veel sectoren wederom matig. LTO Nederland en NAJK vinden een beperking van overheveling nodig – deze geeft direct enige steun aan de inkomens van agrarische ondernemers. Ook geeft het een belangrijk signaal dat de inkomensproblematiek serieus wordt genomen. Overheveling betekent dat de basis ha toeslag en extra toeslag jonge landbouwers (pijler 1) wordt verlaagd en het betreffende budget wordt besteed in het kader van het POP3 in pijler 2.
  2. Investeren in maatschappelijke opgaven verbinden met versterken economische vitaliteit
    Agrarisch ondernemers staan voor grote maatschappelijke opgaven op het gebied van onder andere water, klimaat, stikstof en biodiversiteit. Ondernemers moeten daarom blijven investeren in kennis en bedrijfsmiddelen om zich aan te passen aan veranderende eisen en omstandigheden. LTO Nederland en NAJK dringen er op aan dat in het POP3+ extra prioriteit wordt gegeven aan maatregelen die gericht zijn op het ondersteunen en stimuleren van kennisoverdracht en investeringen door en op de bedrijven met het oog op de genoemde opgaven.
  3. Versterken positie jonge boeren bij bedrijfsovername
    LTO Nederland en NAJK noemen de opvolging van agrarische bedrijven als andere belangrijke prioriteit. De recent verschenen cijfers over agrarische bedrijfsopvolging schetsen een zorgelijke situatie. Een voldoende aantal bedrijven in de toekomst is noodzakelijk voor behoud van de landbouwinfrastructuur, een netwerk van bedrijven in de keten en de beschikbaarheid van hoogwaardige en betaalbare kennis.
  1. Co-financiering en stroomlijnen uitvoering POP3+
    Voorlopige cijfers laten een daling in de EU-bijdrage voor het ELFPO budget voor 2021 en 2022 zien: €89,5 mln voor 2021 en €73,3 mln voor 2022. Aan de ELFPO bijdrage is een gelijk bedrag co-financiering gekoppeld dat in hoofdzaak door provincies wordt toegezegd. Omdat provincies veel belang aan plattelandsontwikkeling hechten en sturen op de programmering en uitvoering zou het logischer zijn dat provincies hun bijdrage aan het POP handhaven en ook voor 2022 €89,5 mln toezeggen voor in het POP3 genoemde maatregelen.

Voor de uitvoering van POP3 regelingen is meer stroomlijning en afstemming tussen Rijk en provincies nodig. Ook de uitvoering van de Subsidie Jonge Landbouwersregeling (JOLA) zou nader moeten worden bezien. Logischer en doelmatiger is dat de regeling voor jonge boeren centraal – bijvoorbeeld onder regie van provincies –  wordt uitgevoerd met voor het hele land gelijke regelingsvoorwaarden.

Lees hier de volledige brief.