NAJK en Interpolis zetten samenwerking voort

Op donderdag 16 maart 2017 hebben Andre Arfman, voorzitter van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK), en Adri Witlox, hoofd Agrarisch bureau Interpolis, hun handtekening gezet onder een nieuwe partnerovereenkomst tussen NAJK en Interpolis Agro. NAJK vindt het belangrijk dat startende agrarische ondernemers nadenken over risico’s op hun bedrijf en continuïteit. De vereniging is blij met deze waardevolle samenwerking.

Met de ondertekening verlengen Interpolis en NAJK hun samenwerking rondom het delen van kennis waarbij ook de komende jaren ondernemerschap en risicomanagement centraal staan. De partijen werken samen aan de ontwikkeling en bewustwording van startende agrarisch ondernemers als het gaat om continuïteit én de toekomst van het bedrijf. Dit wordt gedaan met inzichten in en oplossingen voor risico’s in een veranderende markt. Onderwerpen die juist bij bedrijfsopvolging extra belangrijk zijn. De ondertekening vond plaats aansluitend aan het overleg waarbij jonge akkerbouwers en medewerkers van Interpolis spraken over weergerelateerde risico’s. Onder toeziend oog van twintig akkerbouwers zetten beide partijen hun handtekening onder het partnercontract.

Zicht op risico’s

NAJK gaat partnerschap aan met de belangrijkste spelers uit de agrarische sector. Hierdoor worden de leden van NAJK verrijkt met belangrijke kennis, ontwikkelingen en informatie uit de agrarische sector. “Interpolis behoort tot de toonaangevende verzekeraars van Nederland. Startende agrarische ondernemers hebben een eigentijdse kijk op risico’s. Geen enkele jonge boer of tuinder zit te wachten op verstoring van de afzet. Interpolis gaat met de jonge ondernemers in gesprek over continuïteit en risico’s en gaat op zoek naar oplossingen”, aldus Andre Arfman, voorzitter NAJK. NAJK is de belangenvereniging voor jonge boeren en tuinders in Nederland. De vereniging vertegenwoordigt een enthousiaste en toegankelijke groep van 8.000 jonge agrarische ondernemers en is actief op zowel lokaal, provinciaal, landelijk als op Europees niveau.

Interpolis

Adri Witlox, hoofd Agrarisch Bureau Interpolis: “Door het verzekeren van agrarische bedrijven heeft Interpolis een lange geschiedenis met veel kennis en ervaring in deze sector. We helpen ondernemers elke dag bij het beperken van risico’s die hun bedrijfscontinuïteit in gevaar brengen. Dat doen we met bedrijven en ondernemers die weten wat er in de agrarische sector leeft en speelt. Ons netwerk is groot en dat levert voordeel op voor alle partijen die daarin hun kennis uitwisselen. NAJK is zo’n partij waar wij graag mee samenwerken. Met de ondertekening van de partnerovereenkomst verbinden wij ons graag weer, net als de Rabobank recent gedaan heeft, aan NAJK en de ondernemers van de toekomst.

Oplossing voor grondgebonden bedrijf bij bedrijfsoverdracht

In een eerder nieuwsbericht heeft NAJK aandacht gevraagd voor het niet correct overnemen van gegevens bij bedrijfsoverdracht. Het probleem is dat bij bedrijfsoverdracht de gegevens van de grond voor de wet fosfaatrechten niet overgenomen worden door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). “Het niet correct overnemen van deze gegevens heeft in 2018 grote gevolgen voor jonge boeren bij afroming van de fosfaatrechten. Gelukkig lijkt er snel een oplossing te komen voor deze situatie”, aldus Bart van der Hoog, portefeuillehouder melkveehouderij bij NAJK.

Tijdens het algemeen overleg voor de Landbouw- en Visserijraad van woensdag 22 februari werd staatssecretaris Martijn van Dam stevig aan de tand gevoeld door de verschillende politieke partijen. De partijen CDA, CU, SGP en VVD benoemden allen het probleem welke NAJK heeft aangekaart en verzochten de staatssecretaris met een snelle oplossing te komen voor jonge boeren. Carla Dik-Faber van de CU voegde daar aan toe dat dit nooit de bedoeling is geweest van de motie om grondgebonden bedrijven te ontzien van een generieke korting.

In de beantwoording die daar op volgde gaf Van Dam aan binnen twee weken met een oplossing te komen. “Ook de staatssecretaris was duidelijk van mening dat dit niet de bedoeling kon zijn”, aldus van der Hoog. Een dag later diende Helma Lodders van de VVD een motie in om het punt extra druk bij te zetten zo vlak voor het verkiezingsreces. Over de motie hoefde niet eens gestemd te worden omdat de staatssecretaris de motie direct overnam. Bart: “Hiermee laat de staatssecretaris zien het punt serieus te nemen en snel met een oplossing te komen. Wij blijven de ontwikkelingen kritisch volgen en zijn erg benieuwd naar de brief die Martijn van Dam de kamer heeft toegezegd.” Een snelle oplossing lijkt hiermee in de maak!

Jonge boeren en tuinders: kies wijs!

NAJK start campagne ‘Jonge boeren en tuinders: kies wijs!’

Welke politieke partij komt op voor jonge boeren en tuinders? Hoe ziet de toekomst van de land- en tuinbouw er volgens hen uit? Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) start in aanloop op de Tweede Kamerverkiezingen op 15 maart de campagne: Jonge boeren en tuinders: kies wijs!

De komende weken duikt NAJK in de wereld van de verkiezingen. Met de campagne ‘Jonge boeren en tuinders: kies wijs!’ vraagt NAJK jonge agrariërs en burgers te kiezen voor partijen die staan voor een toekomstbestendige land- en tuinbouw. Vanaf volgende week publiceert NAJK korte video’s waarin landbouwwoordvoerders de politieke standpunten voor jonge boeren toelichten. De video’s ‘kies wijs!’ zijn te vinden op www.najk.nl en via de onlinekanalen van NAJK: Facebook, Twitter en YouTube.

NAJK in het teken van verkiezingen

Op woensdag 15 maart worden de Tweede Kamerverkiezingen 2017 gehouden. Voor 800.000 jongeren de mogelijkheid om voor het eerst hun stem uit te brengen. Gebleken is dat deze leeftijdsgroep tijdens de verkiezingen vaak niet gaat stemmen. Onder deze 800.000 jongeren vallen ook veel agrarische jongeren, een goede reden voor NAJK om een verkiezingscampagne op te richten. Met de campagne ‘Jonge boeren en tuinders: kies wijs!’ hoopt NAJK de agrarische jongeren te activeren om naar de stembus te gaan.

Landbouwwoordvoerders aan het woord

NAJK-voorzitter, Andre Arfman, stelde landbouwwoordvoerders van verschillende politieke partijen de vragen: Als u minister van landbouw wordt, welke drie zaken gaat u voor jonge boeren en tuinders realiseren? Hoe ziet volgens u de land- en tuinbouw in Nederland er over 20 jaar uit? “Het is belangrijk dat er partijen en Kamerleden worden gekozen die jonge boeren en tuinders ruimte geven om te ontwikkelen”, aldus Arfman.

Carla Dik-Faber (CU), Eric Smaling (SP), Jaco Geurts (CDA), Tjeerd de Groot (D66), Helma Lodders (VVD) en Elbert Dijkgraaf (SGP) deelden hun visie op de landbouw. Volgende week zijn de video’s te bekijken op www.najk.nl en via de onlinekanalen van NAJK: Facebook, Twitter en YouTube.

NAJK-portefeuille tuinbouw voor Jan Paauw

Sinds donderdag 23 februari 2017 heeft het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) een nieuwe portefeuillehouder tuinbouw. Tijdens de algemene ledenvergadering is Jan Paauw unaniem verkozen als de nieuwe dagelijks bestuurder. Jan Paauw volgt daarmee Jan Enthoven op,  die juni 2016 aftrad. 

Paauw is opgegroeid op een leliebedrijf. De tuinbouw is hem dan ook met de paplepel ingegoten. Na het afronden van de opleiding Tuinbouw & Agribusiness is Paauw gaan werken in de buitendienst van een adviseringsbedrijf voor tuinders, specifiek op het gebied van bloembollenteelt. Hierdoor is hij dagelijks in gesprek met veel kwekers en tuinders.

Verstevigen

Paauw heeft een grote passie voor tuinbouw. “Nederland is vooruitstrevend op het gebied van land- en tuinbouw. Deze positie moeten we behouden en vooral verstevigen. Daarvoor is de belangenbehartiging noodzakelijk. Ik wil mij dan ook heel graag inzetten voor de belangen van de jonge tuinders”, aldus Paauw.

Fosfaatreductiepakket nu echt van start

Afgelopen vrijdag 3 februari 2017 heeft staatssecretaris Van Dam van het ministerie van Economische Zaken laten weten de gesprekken met Brussel over het fosfaatreductieplan te hebben afgerond. Dit betekent dat het fosfaatreductiepakket van start kan gaan. “Het is een ingrijpende gebeurtenis voor jonge boeren, maar hierdoor is de derogatie in 2017 veilig gesteld”, aldus Bart van der Hoog, dagelijks bestuur NAJK met de portefeuille melkveehouderij.

NAJK heeft de afgelopen periode met het ministerie van Economische Zaken en andere sectorpartijen gewerkt aan een pakket van maatregelen om de fosfaatproductie door de melkveehouderij in 2017 fors te verminderen. Voordat de maatregelen van start konden gaan, moest de staatssecretaris deze eerst aan de Europese Commissie voorleggen. “Er is lang gewerkt aan het pakket en het heeft een tijd geduurd voordat Brussel akkoord gaf. Nu moet het pakket zich bewijzen”, aldus Bart van der Hoog. “Hoewel er nog een aantal onzekerheden zijn, zoals de bereidheid om daadwerkelijk te stoppen bij de huidige melkprijs van 35 cent, vertrouwt NAJK erop dat het pakket gaat werken.”

Huidige maatregelen

Het fosfaatreductiepakket bestaat uit drie maatregelen:

  1. Voerspoor melkveehouderij
    Het fosforgehalte in mengvoer wordt door de mengvoerbedrijven terug gebracht naar 4,3 gram per kilo of levert een fosfor/ruweiwit verhouding van 2,2. Deze maatregel is al per 1 januari 2017 in werking getreden.
  2. Fosfaatreductie door zuivelondernemingen
    Op alle bedrijven, behalve grondgebonden bedrijven, zal de veestapel moeten worden gereduceerd tot het niveau van 2 juli 2015 minus 4%. Wanneer een bedrijf hier niet aan voldoet, betaalt zij een heffing. Deze heffing wordt ingezet als beloning voor bedrijven die meer reduceren dan de doelstelling. Deze maatregel wordt opgenomen in een ministeriële regeling en gaat van start op 1 maart 2017.
  3. Reductie van de veestapel
    Melkveehouders die in 2017 stoppen met hun bedrijf komen in aanmerking voor een premie per dier dat zij wegdoen. Deze premie is een compensatie voor de gemiste opbrengsten en gemaakte kosten. De eerste openstelling van deze regeling is van 20 februari tot en met 3 maart 2017. Het premiebedrag voor de eerste openstelling is vastgesteld op € 1.200,- per koe. Daarna zullen er nog een aantal openstellingen komen, maar wordt de premie per dier lager.

Wijzigingen in plan

Het grootste verschil met het op 14 december 2016 gepresenteerde plan is dat de melkgeldregeling vervalt. Op dat moment was de verwachting dat de regeling zou worden uitgevoerd door ZuivelNL en de zuivelondernemingen. Om die reden is er destijds een keuze opgenomen tussen een heffing op melkgeld of GVE’s (grootvee-eenheid). Deze was nodig vanwege de statuten van zuivelondernemingen. Bij de ministeriële regeling is dat niet langer nodig.

Een ander belangrijk verschil is dat de regeling van toepassing is op alle bedrijven die vrouwelijke runderen houden, op vleeskalverbedrijven na. Ook niet-melk-leverende bedrijven vallen dus onder deze regeling. Deze regeling is toegevoegd om te voorkomen dat rundvee naar niet-melk-leverende bedrijven wordt verplaatst waardoor er geen reductie plaatsvindt. Een melk-leverend bedrijf krijgt een GVE-referentie gebaseerd op al het vrouwelijk rundvee. Voor niet-melk-leverende bedrijven is de GVE-referentie gebaseerd op alleen het jongvee. Bedrijven die al voordat de regeling ingaat minder GVE’s houden krijgen niet te maken met de heffing. Wel kunnen ze bij verdere reductie in aanmerking komen voor een bonus. Bedrijven met minder dan zes dieren en vleesveebedrijven die geen dieren hebben aangevoerd zijn ook vrijgesteld.

Derogatie 2018

“Dat de derogatie voor 2017 is veilig gesteld en het fosfaatreductiepakket van start gaat houdt niet in dat Nederland ook in 2018 opnieuw derogatie krijgt”, aldus Bart van der Hoog. Een gesprek over derogatie in 2018 kan alleen als het maatregelenpakket in 2017 effectief genoeg blijkt. Dan wordt voldaan aan de Europese regels.

NAJK: ambitie en prestatie belonen in nieuw GLB

Een beloning voor prestaties en steun voor jonge boeren en tuinders. Dit zou volgens de leden van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) de kern moeten zijn van een nieuw te vormen Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) na 2020.

Het huidige GLB loopt tot en met 2020. Met 2020 in het vooruitzicht start de gedachtevorming over de herstructurering. De afgelopen maanden discussieerden de leden van NAJK over de invulling van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid na 2020. De jonge boeren en tuinders willen graag een beleid waarin ambitie wordt beloond en waarbij geld, bedoeld voor het platteland, daar ook daadwerkelijk blijft.

Prestatievergoeding

Jonge boeren en tuinders omarmen het idee om de directe betalingen op termijn te vervangen door een prestatievergoeding. Voorwaarde hierbij is dat de prestatievergoeding gericht moet zijn op de productie van duurzaam geteelde, gezonde en veilige producten. “De Nederlandse jonge boer en tuinder is ambitieus en wil het geld van de overheid dat op hun erf terechtkomt kunnen verantwoorden”, aldus Iris Bouwers, dagelijks bestuurder bij NAJK met de portefeuille internationaal. “In de praktijk blijkt dat maar weinig jonge boeren enthousiast worden van het huidige systeem met de directe betalingen en vergroening. Daarom pleit NAJK voor een stelsel waarbij extra inspanningen voor bijvoorbeeld biodiversiteit worden gestimuleerd en geen verplichting is. Extra inzet voor bijvoorbeeld milieu, leefomgeving of duurzame productie verdient dan ook een passende beloning. Het is wel belangrijk dat dit gebeurt in een werkbaar systeem.” Bouwers geeft aan dat duurzaamheid in dit kader niet alleen betrekking heeft op biodiversiteit of milieu: “Ook bodemgezondheid is een belangrijk aspect van duurzaamheid. Wij, jonge boeren en tuinders, zijn tenslotte degene die ook over 20 of 30 jaar nog willen kunnen telen op onze bodem.”

Marktschommelingen opvangen

Verder spraken de NAJK-leden zich uit over het opvangen van marktschommelingen en de gevolgen van weersinvloeden. De jonge agrariërs vinden dat het zelf opvangen van de schommelingen in de markt horen bij het vak. Grote invloeden vanuit de geopolitieke hoek vormen hierop een uitzondering, zo vinden de jonge boeren. “Boeren kiezen heel bewust voor een vak met bijkomende ondernemersrisico’s. Ze zijn bijvoorbeeld afhankelijk van weeromstandigheden. Geopolitieke invloeden, zoals de Rusland-boycot, zijn echter situaties waar je als boer niets aan kunt doen. Daarom moet de overheid voor deze specifieke gevallen een passende oplossing bieden”, legt Bouwers uit. Wanneer er geen vangnet is, is het volgens NAJK essentieel dat er wel een passend aanbod in betaalbare verzekeringen en een goede uitvoering van taken van de waterschappen nodig is.

Landbouw- en voedselbeleid

Een gecombineerd landbouw- en voedselbeleid in plaats van een landbouwbeleid zien de jonge boeren en tuinders niet zitten. Bouwers: “Ook jonge boeren en tuinders zien dat landbouw en voedsel onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Dit betekent niet dat een deel van het Europese landbouwbudget naar andere ketenpartijen moet gaan. Er ligt een verantwoordelijkheid bij ons als boeren en tuinders om op een eerlijke en open manier te communiceren over wat we doen, maar geld dat bestemd is voor landbouw en platteland moet daar wel blijven.” Volgens NAJK liggen in voorlichting en communicatie over voedsel dan ook taken voor het onderwijs en bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Ondersteuning jonge agrariërs

Jonge boeren en tuinders moeten ondersteund worden vanuit het GLB, ook als dit ten koste gaat van het budget van boeren en tuinders boven de 40 jaar, luidt het oordeel van de NAJK-leden. Bouwers: “Dit klinkt logisch, maar het is niet alleen belangrijk voor de jonge boeren en tuinders zelf. Verjonging en continuïteit van de landbouwsector zijn van groot belang voor de gehele samenleving. Als we ons platteland leefbaar willen houden en in Nederland gezond, veilig en duurzaam voedsel willen blijven produceren, is ondersteuning van jonge boeren en tuinders broodnodig!”

Gezonde en duurzame voeding zonder jonge agrariërs niet mogelijk

Nederland moet over vijf tot tien jaar wereldwijd de onbetwiste koploper zijn in gezonde en duurzame voeding, zo luidt de ambitie van de Rijksoverheid. Jonge boeren en tuinders staan aan de basis van de voedselketen en geven richting aan de toekomst van voedsel. NAJK-voorzitter Andre Arfman is verbaasd dat het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) niet voor de Voedseltop uitgenodigd is.

Vandaag zijn wetenschappers, ondernemers en directeuren van kennisinstellingen, op verzoek van maar liefst vier ministeries aanwezig bij de Voedseltop in Den Haag. Zij zijn gevraagd invulling te geven aan het voedselbeleid van de toekomst.

Ketenbinding

“Het is een goed idee om veel partijen te betrekken en samenwerkingen te zoeken”, aldus Arfman. “Landbouw en voedsel zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Tussen de boer en consument zitten vaak vele schakels. Deze beïnvloeden elkaar door de gehele keten. Het is daarom essentieel dat er voor de hele keten afspraken gemaakt worden. Zo kan iedere partij, ook boeren en tuinders, een steentje bijdragen aan de verbetering en verduurzaming van ons voedselsysteem.” In aanloop naar de Voedseltop heeft NAJK op verzoek van staatssecretaris Van Dam van het ministerie van Economische Zaken haar voedselvisie geschreven. Deze is terug te lezen in de essaybundel ‘Aan Tafel!’. NAJK is helaas niet uitgenodigd voor de Voedseltop.

NAJK onmisbaar bij Voedseltop

De land- en tuinbouwsector is belangrijk voor de Nederlandse economie. Dit laten de recent gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) zien. De exportcijfers van de Nederlandse land- en tuinbouw van 2016 bedroegen 85 miljard euro, zo’n 22 procent van de totale export van Nederland. Arfman is trots: “Dit krijgen de Nederlandse boeren en tuinders samen met omringende bedrijven voor elkaar. Willen we voorop blijven lopen, dan zijn jonge ondernemers bij uitstek degenen die deze toppositie kunnen handhaven.” Jonge boeren en tuinders staan aan de basis van de voedselketen en geven richting aan de toekomst van ons voedsel. Kortom, een onmisbare partij om mee in gesprek te gaan over de uitdagingen in de land- en tuinbouw.

Uitdagingen sector

De jongeren van NAJK discussiëren met elkaar en maatschappelijk partijen over uitdagingen voor de toekomst. Belangrijke onderwerpen zijn bodemvruchtbaarheid, maatschappelijk verantwoord produceren en dierenwelzijn. Dit uit zich in een visie op welke vernieuwende wijze het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) na 2020 beter toegespitst kan worden op het wereldwijde voedselvraagstuk. Hierbij is rekening gehouden met de maatschappelijke wensen en toekomstige uitdagingen. Arfman: “Jonge boeren en tuinders zijn innovatief en ambitieus en ze staan voor steeds grotere uitdagingen. Niet alleen met betrekking tot milieu en dierenwelzijn, maar ook staan zij voor de uitdaging voldoende hoogwaardig voedsel op een duurzame manier te produceren voor de groeiende wereldbevolking. Jongeren die durven te kiezen voor een agrarisch bedrijf, houden het platteland leefbaar en zetten zich dagelijks in voor gezond, veilig en duurzaam geproduceerd voedsel. Jonge boeren en tuinders zijn aan zet wanneer we het hebben over ons voedselsysteem. Dit zijn immers de ondernemers die de komende decennia ons voedsel verbouwen! ”

NAJK en Rabobank verlengen samenwerking

Rabobank vaste partner van NAJK

Maandag 23 januari 2017 hebben Andre Arfman, voorzitter van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK), en Ruud Huirne, directeur Food & Agri Rabobank Nederland, hun handtekening gezet onder een nieuwe partnerovereenkomst tussen beide organisaties. NAJK is blij dat Rabobank op deze wijze bijdraagt aan de kennis en agrarisch ondernemerschap bij jonge boeren en tuinders.

Rabobank en NAJK werken al jarenlang samen aan de ontwikkeling en bewustwording van jonge boeren en tuinders. Ook de komende jaren zullen kennisdeling en agrarisch ondernemerschap centraal staan.

Verbinding met agrarische jongeren

NAJK sluit partnerovereenkomsten met de belangrijkste spelers uit de agrarische sector zodat de leden van NAJK verrijkt worden met belangrijke kennis, ontwikkelingen en informatie uit de agrarische sector. “Rabobank is al 110 jaar actief in de agrarische sector en heeft veel kennis van de markt. Daarnaast is de bank de belangrijkste speler in de financiële dienstverlening voor de ondernemers in onze sector. Wij zijn blij dat Rabobank opnieuw kiest voor een verbinding met agrarische jongeren”, aldus Andre Arfman, voorzitter NAJK. NAJK is de belangenvereniging voor jonge boeren en tuinders in Nederland. De vereniging vertegenwoordigt een enthousiaste en toegankelijke groep van 8.000 jonge agrarische ondernemers en is actief op zowel lokaal, provinciaal, landelijk als op Europees niveau.

Rabobank

Met de ondertekening van de partnerovereenkomst verbindt Rabobank zich voor de komende vijf jaar aan NAJK als dé belangrijkste partner van de jongerenvereniging. “Jonge agrarische ondernemers vormen de toekomst van de food & agri sector in Nederland. Als belangrijke Food & Agri bank voelen we ons zeer met hen verbonden. Samen willen we ervoor zorgen dat jonge agrarische ondernemers zich goed kunnen voorbereiden op de toekomst en op versterking van hun ondernemerschap. Bij de Rabobank is volop kennis en ervaring aanwezig als het gaat om sectorontwikkelingen, bedrijfsopvolging, financiering en besturing. Die kennis en ervaring wisselen we graag uit met NAJK”, aldus Ruud Huirne, directeur Food & Agri Nederland bij de Rabobank.

NAJK van de partij op Grüne Woche

Afgelopen weekend bezocht NAJK-voorzitter Andre Arfman met de Nederlandse delegatie de Grüne Woche in Berlijn. De Grüne Woche is de grootste beurs voor landbouw, tuinbouw en voedsel ter wereld. Vijftig landen presenteerden hun kwaliteiten op het gebied van levensmiddelen, land- en tuinbouw. De Grüne Woche is een belangrijke ontmoetingsplek voor agrarische politiek en het bedrijfsleven.

De Nederlandse delegatie bezocht de Grüne Woche onder leiding van staatssecretaris Van Dam. Verder bestond de delegatie dit jaar uit afgevaardigden van het ministerie van Economische Zaken, de Tweede Kamer, leden van het Europees Parlement, vertegenwoordigers van de Nederlandse agribusiness en belangenbehartigers.

Tijdens het bezoek aan de Grüne Woche werden de exportcijfers van de Nederlandse land- en tuinbouw van 2016 gepresenteerd. Net als andere jaren heeft de Nederlandse landbouwsector ook dit jaar verbeterde exportcijfers. In 2015 exporteerde de landbouwsector € 81,3 mrd, in 2016 was dit €85,- mrd. De belangrijkste handelspartner voor Nederland is Duitsland.

Het Nederlandse paviljoen presenteerde kenmerkende productgroepen van de agrarische- en voedingssector zoals groente, zuivel, vlees, vis, bloemen en dranken. Dit jaar was er veel aandacht voor voedselinnovaties. Bepaalde (vernieuwende) ketenconcepten en producten werden getoond.

Naast alle bezienswaardigheden en kennisuitwisseling bood de Grüne Woche ook veel mogelijkheden om met bestaande en nieuwe contacten te spreken. Arfman: “Nederland heeft een koppositie in de land- en tuinbouw. Het is goed dat de Nederlandse land- en tuinbouw in al haar facetten wordt laten zien. Jonge boeren en tuinders spelen daarin een belangrijke rol en mochten daarom ook niet op de Grüne Woche ontbreken.”