BNDR: Meer waarde halen uit de keten: Geert Mekkes aan het woord

De agrarische sector is volop in beweging. Veel jonge boeren zoeken naar manieren om niet alleen hun bedrijf toekomstbestendig te houden, maar ook naar hoe ze meer waarde uit hun producten kunnen halen. Dit kan bijvoorbeeld door deelname aan keurmerken, ketensamenwerkingen of regionale afzetinitiatieven. In dit artikel uit de BNDR editie van maart 2025 spraken we drie jonge boeren uit verschillende sectoren die deze stap hebben gezet. Waarom kozen zij hiervoor? Wat heeft het hen opgeleverd? En welke lessen kunnen andere boeren hieruit trekken? Deze week delen wij het artikel van de tweede jonge boer, Geert Mekkes. Lees hier ook het artikel van akkerbouwer, Ruud Wansink.

1 Ster Beter Leven: “De markt vroeg erom, en wij stapten in”

Geert Mekkes uit Geesbrug runt samen met zijn familie een vleeskuiken- en akkerbouwbedrijf. Sinds mei 2023 heeft hij de overstap gemaakt naar het Beter Leven-keurmerk met 1 ster. Dit betekende minder kippen, langzamer groeiende kippen, een overdekte uitloop, andere werkzaamheden en stabielere inkomsten. Geert deelt zijn ervaringen met het concept en zijn visie op de toekomst.

Wat houdt deelname aan Beter Leven 1 ster precies in?
“Bij het Beter Leven-keurmerk krijgen de kippen meer ruimte, daglicht en afleidingsmateriaal, zoals strobalen en strooien we een deel van het voer in het strooisel. Dit doen we om de kip zo veel mogelijk natuurlijk gedrag te laten vertonen. Daarnaast hebben de kippen vanaf 21 dagen leeftijd toegang tot een overdekte uitloop. Ten opzichte van regulier gehouden vleeskuikens houden we nu ongeveer de helft van het aantal kippen. Het ras wat we houden is ook een langzamer groeiend ras, dit betekend dat we de kippen zo’n 2 weken langer houden dan regulier gehouden kippen en omdat het een langzaam groeiend ras is wegen ze na 8 weken ook nog minder dan regulier gehouden kippen.”

Wat gaf de doorslag om over te stappen?
“De reden was simpel: de markt vroeg erom en wij zagen een kans. Supermarkten hebben besloten om alleen nog maar vlees met 1 ster Beter Leven in de schappen te leggen. Hierdoor ontstond ruimte voor meer bedrijven om in te stappen. Voorheen was het een nichemarkt, nu is het een breder gedragen concept.

Voor ons bedrijf was het financiële plaatje belangrijk. We hebben doorgerekend of de investering in de uitloop en de aangepaste bedrijfsvoering rendabel was, en dat bleek zo te zijn. We zijn niet de eersten geweest die instapten omdat het regulier houden van kippen ons ook goed beviel,  maar als de kans er vanuit de markt ligt en het financieel rendabel is dan moet je gewoon de stap zetten. De wereld verandert en als ondernemer moet je daarin mee kunnen bewegen.”

Welke aanpassingen waren nodig, en hoe hebben die de bedrijfsvoering veranderd?
“De grootste aanpassing was de bouw van de overdekte uitlopen en het maken van daglicht in de stallen, dat heeft tijd en geld gekost. Vanaf het moment dat je daglicht in de stallen hebt, mag je gebruik maken van de overgangsregeling van de dierenbescherming. Zolang de kippen nog geen gebruik kunnen maken van de overdekte uitlopen mag je dan minder kippen houden. Middels deze overgangsregeling kun je wel al vast wennen aan het houden van langzaam groeiende kippen. De bedrijfsvoering was in het begin erg wennen, we waren gewend om de kippen zo snel mogelijk op gewicht te krijgen. Nu moet je veel meer sturen op dat de kippen niet te zwaar mogen worden, maar natuurlijk ook weer niet te licht. Je kunt reguliere kippen vergelijken met sprinters en langzaam groeiende kippen met marathon lopers. Wanneer je één misse stap zet bij de sprint heeft dat veel grotere gevolgen als een misse stap in een marathon. Dat alles wat rustiger gaat maakt het werk met langzaam groeiende kippen relaxter. Verder zijn er nu extra taken bijgekomen, zoals het strooien van graan en het bijvullen van afleidingsmateriaal, en krijgen we vaker controles.

Het werk is anders geworden. Minder kippen en kippen die langzamer groeien betekent minder arbeid en meer werkgemak. De periodes dat we leeg staan om schoon te maken tussen de rondes in zijn wel drukker geworden. De overdekte uitlopen moeten nu ook schoon gemaakt worden. Dit is toch 30% meer oppervlak om schoon te maken ten opzichte van vroeger.

Financieel houden we onder aan de streep ongeveer hetzelfde over als bij reguliere kippen, al kan het wel per jaar schommelen.”

Welke uitdagingen kwam je tegen bij de implementatie?
“Gelukkig hebben wij relatief eenvoudig en snel alle vergunningen rond kunnen krijgen. Bij veel collega pluimveehouders zal dit de grootste uitdaging zijn denk ik. De grootste uitdaging bij ons was de bouw van de uitlopen. Omdat veel bedrijven tegelijkertijd omschakelden, waren de bouwbedrijven overbelast en stegen de kosten. Ook hebben we nu meer te maken met controles. Verschillende instanties controleren ieder hun eigen deel. Die controles zijn vaak onverwacht, dus je moet flexibel kunnen schakelen als ze op de stoep staan. Daarnaast was de eerste keer dat de uitloopluiken los gingen ook wel een uitdaging, maar dan vooral een mentale. Bij reguliere kippen moet je ten alle tijden tocht op dierhoogte voorkomen en nu open je juist op de dierhoogte de uitloopluiken. Gelukkig past de ventilatie zich snel aan en hebben we geen problemen gehad met verkouden of zieke kippen. Maar het was wel even spannend!”

Wat zijn de voordelen, naast financiële stabiliteit?
“Het werkgemak is verbeterd. Doordat je minder dieren hebt, de kippen langzamer groeien en ze langer op het bedrijf blijven zijn ze weerbaarder en heb je minder last van uitval. Dat geeft een meer ontspannen werksfeer.”

“Daarnaast is het een voordeel dat de supermarkten zijn overgestapt naar 1 Ster Beter Leven, hierdoor is er een markt ontstaan, waardoor bedrijven konden omschakelen.

Hoe draagt dit concept bij aan de toekomstbestendigheid van je bedrijf?
“Het grootste voordeel is de stabiliteit in de prijsvorming. De reguliere kippenmarkt is onvoorspelbaar en afhankelijk van de internationale markt. Een uitbraak van vogelgriep in Polen of de oorlog in Oekraïne kunnen de prijzen sterk beïnvloeden. Bij Beter Leven is de prijs veel stabieler. Dat geeft meer rust en zekerheid.

Toch blijven we de markt goed in de gaten houden. Als het niet meer uit kan of het concept zich niet meer waar kan maken, dan zijn de stallen zo gebouwd dat we eventueel terug kunnen naar de reguliere productie. Het belangrijkste is om flexibel te blijven, je kunt natuurlijk nooit in de toekomst kijken.”

Wat wil je andere jonge agrariërs meegeven?
“Blijf realistisch en kijk goed naar wat bij jou en je bedrijf past. De wereld verandert en daar moet je in mee. Durf uitdagingen aan te gaan, maar wees ook kritisch op de duurzaamheidseisen en wat bijdraagt aan jouw bedrijf.”

 

Vond je dit artikel interessant? Volgende week zaterdag delen wij het artikel van Tom ten Kate, melkveehouder- en DAJK-voorzitter uit Koekange. Of lees hier het artikel van akkerbouwer Ruud Wansink terug. 

 

 

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *