Droom over nieuwe stal kan nachtmerrie worden door vergunningprocedure

De familie Klaver heeft een droom: de bouw van een nieuwe (mega)stal om zo haar kaasfabriek volledig van eigen melk te kunnen voorzien. Deze droom lijkt echter in een nachtmerrie te veranderen als de vergunningsprocedure wordt opgestart. De documentaire Geboren Boeren, uitgezonden op 4 januari 2016 op  2Doc, toont de jarenlange strijd van de familie Klaver om de benodigde vergunning voor de stal te verkrijgen. Nederlandse regelgeving, omwonenden en milieuorganisaties lijken de plannen van de familie alleen maar te vertragen.

Waarvoor vraag je een omgevingsvergunning aan?  

Voor de bouw van een nieuwe stal moet altijd een omgevingsvergunning worden aangevraagd. Vaak gebeurt er bij zo’n bouwproject meer dan alleen de bouw zelf. Zo wordt de eventuele oude stal gesloopt, wordt er gebouwd in strijd met het bestemmingsplan of wordt door de bouw van de stal de veestapel uitgebreid, waardoor milieunormen worden overschreden. De omgevingsvergunning is een samengevoegde vergunning voor al deze activiteiten. Naast de omgevingsvergunning moeten soms ook andere vergunningen worden aangevraagd, zoals een vergunning in het kader van de natuurbescherming.

Wat kom je tegen in de vergunningsprocedure?

In principe besluit de gemeente of de omgevingsvergunning wordt verleend. Aan de aanvraag en dit besluit gaan verschillende onderzoeken, zoals de milieueffectrapportage, en de nodige gesprekken tussen de gemeente en de aanvrager vooraf.

Soms kan het snel gaan: bij projecten die relatief weinig impact hebben voor de omgeving beslist de gemeente binnen acht weken, met een verlengingsmogelijkheid van zes weken, op de vergunningsaanvraag. Wordt de vergunning verleend, dan krijgen omwonenden en belangengroepen nog de mogelijkheid om zich hierover uit te laten in een bezwaarschriftenprocedure. Dan duurt het toch zo weer een paar maanden tot een jaar langer. Niet iedere willekeurige burger kan overigens bezwaar maken. De gemeente neemt alleen de bezwaren van ‘belanghebbenden’ mee in haar ‘beslissing op bezwaar’. Belanghebbenden zijn kort gezegd omwonenden die vanuit hun woning op het agrarisch bedrijf kijken of in de nabije omgeving wonen. Ook belangengroepen kunnen bezwaar maken tegen de vergunning.

Bij grotere, ingrijpendere projecten, zoals het project van de familie Klaver, wordt voordat de gemeente op de aanvraag beslist een inspraakronde georganiseerd, waarin iedereen zijn zienswijze op de vergunningsaanvraag kan geven. Wordt een inspraakronde gehouden, dan kan het zes maanden duren voordat de gemeente op deze vergunningsaanvraag heeft beslist.

Naar de rechter

Is de vergunninghouder of een belanghebbende niet tevreden met de beslissing op bezwaar, dan kan hij naar de rechter. Soms voeren omwonenden van alles aan om de vergunningsverlening tegen te houden, maar bij de beoordeling of de omgevingsvergunning terecht is verleend of geweigerd houdt de rechter alleen rekening met de eigen belangen van degene die beroep instelt. Zo kan hij zeker klagen over het geluid of de stank, maar klaagt een omwonende bijvoorbeeld over het feit dat in de nieuwe stal onvoldoende rekening wordt gehouden met het dierenwelzijn, dan kan hij niet op steun van de rechter rekenen.

Uiteindelijk doet de rechter een uitspraak, waartegen de in het ongelijk gestelde partij nog in hoger beroep kan bij de hoogste rechter op dit gebied: de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Een procedure bij de rechtbank of de hoger beroepsrechter kan, per rechterlijke instantie, zomaar een jaar duren.

Afsluiting

Al met al kan de vergunningsverlening een zeer langdurig en ingewikkeld proces zijn en kan er veel tijd overheen gaan voordat de vergunninghouder zonder risico kan beginnen met bouwen. Het is raadzaam om in deze vaak ingewikkelde procedure juridische bijstand in te schakelen, ook om onnodige vertraging te voorkomen. De familie Klaver heeft tot aan de Raad van State voor haar omgevingsvergunning moeten vechten, maar is inmiddels gelukkig bezig met de bouw van de stal.