Een (corona)virus voorkomen is beter dan genezen

Een paar maanden geleden zag ik van de Netflix-documentaire ‘Explained’ de aflevering ‘The Next Pandemic’ en had nooit gedacht dat het geschetste risico inmiddels met het coronavirus zo snel de realiteit zou worden. De coronacrisis treft bijna alle sectoren en het is nog gissen wat op de langere termijn de gevolgen zullen zijn. Als landbouwsector hebben we helaas al vaker met de negatieve gevolgen van epidemieën te maken gehad. Denk bijvoorbeeld aan de gekkekoeienziekte, mond-en-klauwzeer en momenteel de Afrikaanse varkenspest en ook weer de vogelpest. Dat zo’n snel verspreidend virus niet alleen mensen en boerderijdieren kan treffen maar ook gewassen, daar staan we niet altijd bij stil.

Ziektes bestrijden wordt steeds moeilijker

Door klimaatverandering kunnen bladluizen, die virussen overbrengen, deze steeds beter verspreiden en is de kans groter geworden dat we met meer nieuwe virussen te maken krijgen. En steeds vaker zijn dit niet zichtbare virussen waardoor bestrijding extra bemoeilijkt wordt of zelfs onmogelijk is. Momenteel kampen in Nederland bijvoorbeeld 21 tuinbouwbedrijven met het zeer besmettelijke Tomato Brown Rugose Fruit Virus dat tomaten aantast en de planten uiteindelijk laat sterven. Ook schimmels en bacteriën kunnen zeer grote gevolgen hebben; het is je vast niet ontgaan dat bananen met uitsterven bedreigd worden. Twee bananenziekten zijn de grote boosdoeners: de Black Sigatoka die veroorzaakt wordt door een bladschimmel en de Panamaziekte die veroorzaakt wordt door de bodemschimmel fusarium, die wij onder andere ook in onze tarwe en maïs kennen. Deze ziektes dwingen bananentelers om steeds meer bestrijdingsmiddelen te gebruiken, echter worden de schimmels daardoor sneller resistent tegen die middelen. De oplossing lijkt gevonden te zijn met een op basis van genetische manipulatie (GMO) ontwikkeld nieuw bananenras dat resistent is tegen deze schimmels.

Actieplan Plantgezondheid

GMO kent voor- en nadelen, maar dat ook voor in Nederland geteelde gewassen onder andere nieuwe veredelingstechnieken broodnodig zijn om weerbaardere planten te krijgen die huidige en toekomstige bedreigingen tegen kunnen gaan, is een ding dat zeker is. De Branche Organisatie Akkerbouw, waar het NAJK ook deel van uitmaakt, heeft daarom een Actieplan Plantgezondheid opgesteld waarmee we telers, ketenpartners, wetenschappers, milieu- en natuurorganisaties en de overheid mee willen krijgen in de transitie naar duurzame en weerbare teeltsystemen. Dit vraagt ook een groener, maar nog wel steeds toereikend middelenpakket, genoeg ruimte voor bodemgezondheid, mogelijkheden voor het versterken van de biodiversiteit en dat milieuprestaties inzichtelijker worden gemaakt voor de markt.

Weerbare teeltsystemen

We hoeven gelukkig niet bang te zijn dat het coronavirus over zal slaan van mens op plant, maar dat de speerpunten van het Actieplan Plantgezondheid ontzettend relevant zijn, is een ding dat vaststaat. Op dit moment zijn het tomaten en bananen, maar zonder weerbare teeltsystemen zijn al onze gewassen het volgende potentiële slachtoffer waarbij de gevolgen enorm kunnen zijn. En als we dus niet oppassen zou het zo maar kunnen dat net als in de bananen ook in brouwgerst en in maïs de fusarium schimmels resistentie opbouwen en dan hebben we tegen de tijd dat het coronavirus verdwenen is, helaas ook geen Corona bier meer.

Als je meer wilt weten over het Actieplan Plantgezondheid en welke resultaten er inmiddels gehaald zijn, kijk dan hier.


Leendert Jan Onnes

Binnen het dagelijks bestuur van NAJK is Leendert Jan Onnes verantwoordelijk voor de portefeuille akkerbouw. Onnes heeft samen met zijn vader een akkerbouwbedrijf van 120 hectare in het Groningse Finsterwolde. Met de afgeronde studies internationale bedrijfskunde en Business  Marketing / Marketing Research is Leendert Jan een goede aanvulling op het dagelijks bestuur van NAJK.