NAJK aanwezig bij conferentie ‘Knowledge for Young Farmers’

Op 15 en 16 oktober namen Iris Bouwers (portefeuillehouder Internationaal) en Sander Thus (portefeuillehouder Bedrijfsovername) namens NAJK deel aan de conferentie ‘Knowledge for Young Farmers’ in Brussel. De conferentie werd georganiseerd door de Europese Commissie.

Tijdens deze bijeenkomst zijn de resultaten van het onderzoek ‘Exchange programmes for young farmers’ gepresenteerd. Dit onderzoek is toegespitst op de vraag aan welke vorm van kennisvoorziening jonge boeren in Europa momenteel behoefte hebben. Daarbij is specifiek ingegaan op de volgende punten:

  • Wat hebben jonge boeren nodig?
  • Welke uitwisselingsprogramma’s gericht op jonge boeren, zijn er nu?
  • Maak een gids om uitwisselingsprogramma’s te verbeteren.

Het onderzoek vond plaats in alle 28 EU-landen en is uitgevoerd door Ecorys in samenwerking met LEI en Aequator Groen & Ruimte. Voor het onderzoek zijn in totaal ruim 2200 jonge boeren uit alle 28 landen geïnterviewd.

De zaken waar jonge boeren in heel Europa tegenaan lopen zijn: beschikbaarheid en verwerving van land in zowel eigendom als huur, beschikbaarheid van kapitaal en de ontwikkeling van kennis. Het bleek verder dat jonge boeren hun nieuwe kennis eerst vooral van collega’s halen en daarna van andere organisaties of adviesbureaus. Jongeren zoeken informatie vooral via internet, excursiedagen en opleidingsdagen. Opvallend was dat online trainingen zoals e-learning heel laag scoorden in populariteit, ook in Nederland.

Aanbevelingen omtrent de kennisbehoefte van jonge boeren zijn:
1) Aangeboden kennis en nieuw ontwikkelde uitwisselingsprogramma’s moeten klantgericht en per land aangepast aan de specifieke wensen van de jonge boer zijn.
2) In acht moet worden genomen dat de kennisbehoefte van de jonge boer afhankelijk is van hun opleidingsniveau.
3) Het zou veel tijd besparen om bij de ontwikkeling van nieuwe uitwisselingsprogramma’s uit te gaan van bestaande, beproefde programma’s.
4) Flexibiliteit is belangrijk voor jonge boeren. Houd bij uitwisselingprogramma’s rekening met de tijd en financiële beperkingen van jonge boeren.
5) Het oplossen van de meest belangrijke behoeften van jonge boeren, zoals het mogelijk zijn van het kopen of huren van meer landbouwgrond, kan een toename van het aantal jonge boeren mogelijk maken.

Er zijn gelukkig al een heel aantal uitwisselingsprogramma’s in heel Europa ontwikkeld. Variërend van korte duur tot lange duur (7-8 maanden). Opvallend is dat de uitwisselingsprogramma’s in de West-Europese landen beter gewaardeerd worden. Deze programma’s passen meer bij de behoefte van jonge boeren en sluiten aan op wat er mogelijk is.

Bij het ontwikkelen van uitwisselingsprogramma’s zijn een aantal zaken van groot belang:
1) Zorg dat het echt werkt, dus ken je doelgroep en pas hier je programma op aan.
2) Zorg ervoor dat je op de juiste manier met je doelgroep communiceert.
3) Zorg ervoor dat de opgedane ervaringen gedeeld blijven worden en dat hier vervolg aan gegeven wordt.
4) Blijf je programma continue aanpassingen aan de veranderende behoeften van je doelgroep.

NAJK ziet grote overeenkomsten tussen de aanbevelingen uit het onderzoek en de wijze waarop binnen NAJK programma’s, zoals Wereldboeren, ontwikkeld worden. In vergelijking met andere Europese landen blijkt dat de Nederlandse jonge boeren en tuinders met dit sort programma’s goud in handen hebben. NAJK zet in om ook in 2016 weer volop activiteiten te organiseren in het kader van Wereldboeren, zoals discussiebijeenkomsten, trainingen en studiereizen.

Lees binnenkort het onderzoek en de resultaten op: ec.europa.eu/agriculture/external-studies/index_en.htm