‘Geef jonge boeren de ruimte!’ is de boodschap die doorklinkt in de melkveevisie van NAJK die vandaag, dinsdagmiddag 6 april, werd gepresenteerd. Ruimte aan jonge boeren om op zoek te gaan naar hun eigen talenten, vakmanschap en manier van boeren, ruimte om vervolgens hun bedrijf door te ontwikkelen en ruimte van de omgeving in de vorm van samenwerkingen, verdienmodellen en innovaties om de doorontwikkeling van de melkveehouderij ook uitvoerbaar te maken. Dagelijks bestuurder Marije Klever bracht samen met een aantal jonge melkveehouders de visie van NAJK op de melkveehouderij in 2050 naar Den Haag. De landbouwwoordvoerders van verschillende politieke partijen namen de visie in ontvangst en gingen in gesprek met de melkveehouders van de toekomst.
Om de visie van NAJK op de melkveehouderij in 2050 vorm te geven, heeft NAJK aan jonge melkveehouders gevraagd waar zij heen willen met hun bedrijf (ondernemer), hoe hun bedrijf zich ontwikkelt (onderneming) en hoe de omgeving eruit zal zien (omgeving). Aan de hand van deze gesprekken is deze visie, die vandaag aan de rand van het Binnenhof gepresenteerd werd, vormgegeven. “Met deze visie laten wij zien hoe wij de melkveehouderij in 2050 zien en wat wij daarvoor nodig hebben”, aldus Klever. “Wij, de jonge melkveehouders, hebben ambitie en willen door!”
Op zoek naar acceptatie
De melkveevisie van NAJK werd om 13:00 uur plenair uitgereikt door NAJK-bestuurder en melkveehoudster Marije Klever. Vervolgens gingen de aanwezige jonge boeren in gesprek met landbouwwoordvoerders. Wat er in deze gesprekken en visie voornamelijk naar voren kwam? Naast de ruimte in beleid en omgeving om individuele keuzes te maken, blijven de jonge ondernemers acceptatie en waardering vanuit de Nederlandse overheid en burger ook keihard nodig hebben. De visie geeft ook aan welke voorwaarden er nodig zijn om bij deze toekomst te komen. Toegang tot grond is hierin een belangrijke factor en een van de grootste uitdagingen.
Doelen in plaats van middelen
Om als melkveehouder individuele keuzes te kunnen maken, vraagt de onderneming om een doelgericht beleid. Een beleid waarin gestuurd wordt op doelen in plaats van middelen. “De melkveesector is al duurzaam en zal ervoor blijven knokken om deze verduurzaming ook in de toekomst in stand te houden”, aldus Klever. “Verduurzaming die een directe invloed heeft op de prestaties van het melkveebedrijf, wordt gestimuleerd. Denk hierbij aan het verbeteren van dierenwelzijn, het werken aan een goede bodem en het beperken van verliezen. Maar ook aan de verduurzaming die niet direct de melkveehouderij zelf versterkt, zoals biodiversiteit en weidevogels of het planten van extra bomen, wordt gedacht met een eigen kader en een eigen verdienmodel.”
Diversiteit aan ambities
De wijze waarop een bedrijf verduurzaamt, is niet voor iedere ondernemer hetzelfde. In de gesprekken over de toekomstplannen van de jonge melkveehouders kwamen hele verschillende ambities naar voren. Klever: “Niet iedereen wil op hetzelfde thema uitblinken. De een wil direct aan de gang met biodiversiteit zodat er in dat gebied echt een plus wordt gehaald voor de natuur. Een ander wil aan de gang met innovatie op het gebied van data waar uiteindelijk de hele sector baat bij heeft. En de volgende wil zoveel energie gaan leveren dat de hele polder waarin dit melkveebedrijf staat, energieneutraal wordt.
Deze diversiteit zal onze sector supersterk maken en zorgen dat we de vraagstukken die op ons afkomen, het hoofd kunnen bieden. Niet iedereen hoeft hetzelfde te doen en er moet vanuit beleid en omgeving voldoende worden ondersteund.”
Kortom: geef jonge boeren de ruimte!
De volledige visie van NAJK op de melkveehouderij in 2050 vind je hier. De melkveevisie werd aan de hand van deze ‘praatplaat’ aan de politieke partijen gepresenteerd.